Hoe Wilbur en Orville in ons leven kwamen…

Hoe Wilbur en Orville in ons leven kwamen…

Het is eind 2018. We hebben dit jaar besloten dat we in 2020 op reis gaan. We hebben eerder met rugzakken door allemaal landen getrokken waar de algemene standaard van leven op zijn zachtst gezegd eenvoudiger is dan in Nederland. Dat heeft grote voordelen, zoals behoorlijk betaalbare hotelkamers. Omdat we met Thomas gaan willen we landen bezoeken met goede speeltuinen en andere kindvriendelijke dingen en we voelen aan ons water dat dat al snel tot Europese hotelprijzen leidt. Als we dan drie maanden onderweg zijn kan het wel eens in de papieren gaan lopen. Slapen in een eigen voertuig is dus een besparingsmaatregel.

Tot zover de negatieve overweging voor eigen vervoer. Nog belangrijker: als we Thomas drie maanden losrukken van crèche, familie, speeltuin en Hanna, dan moeten we hem ook wel iets bieden, voelen we. We gaan dus op zoek naar een écht huis op wielen. Maar wat dan?

We overwegen romantische ideeën, zoals een Hippie-style Volkswagenbusje. Een tractor met een huifkar. Een boot. Maar die vallen allemaal af om praktische redenen: te klein om het drie maanden in vol te houden, te langzaam, te beperkt als je naar een hypermarkt of binnenspeeltuin op een bedrijventerrein wilt. Een camper heeft als voordeel dat we daar best wel mooie en coole voorbeelden van vinden, maar als nadeel dat je dan je hele huis mee moet nemen als je een pak melk wil gaan kopen. Datzelfde geldt voor aantrekkelijk stoere terreinwagens met daktenten. Vooral na een lange dag rijden zien we het wel als een voordeel als Thomas met één van zijn ouders bij het huis op wielen kan blijven als de ander even in alle rust die de eenzaamheid biedt een boodschap kan gaan doen. We hebben de afgelopen jaren ook wel geleerd dat het best fijn is om soms even in je eentje naar een winkel te kunnen gaan, zonder kind en zonder zeurende echtgeno(o)t(e). Dus het logische alternatief is een caravan, maar dat is tegelijk ook een probleem. Op zijn minst voor één van ons is een caravan gevoelsmatig té veel verbonden met We-Zijn-Er-Bijna-achtige groepsreizen met smaakloze, verlopen stellen in hem-en-haar-regenpakken. En al helemaal te ver weg van de romantische gedachte van lieve hippie-busjes en stoere daktenten in de bush-bush. We zitten een beetje vast in onze gedachten…

Deze fase duurt maanden! Van vrienden en familie hoort Maarten dat hij zich maar over zijn caravan-schaamte heen moet zetten (sommige van die vrienden hebben inmiddels een Kip-caravan). We bezoeken modderige 4×4 festivalterreinen waar de meest stoere outdoor vouwwagens voor meer dan een modaal jaarsalaris worden aangeboden en overwegen heel serieus om zo’n apparaat aan te schaffen. We vallen wel voor de stoerheid van een all-terrain-aanhangertje van een paar vierkante meter die uitvouwt tot een camouflagekleurig tentencomplex waar je een halve tennisbaan aan ruimte voor nodig hebt. Vol van oneindig handige oplossingen zoals uitschuifkeuken mét koelkast, vriezer, wasbak met kraan én bergruimte. Een douche, watertank van 260 liter, verwarming, te veel om op te noemen. Maar uiteindelijk lijkt het toch een tent voor een klein kapitaal en we hebben onvoldoende gevoel bij wat de restwaarde van zoiets is op de tweedehandsmarkt.

Zo komen we er niet uit natuurlijk. Totdat Maarten zich een familievakantie in Canada herinnert toen hij net behoorlijk begon te puberen. In Noord-Amerika zie je de meest grote en overdreven kampeercombinaties op de weg en wat je daar ook veel ziet zijn de in Europa nauwelijks bekende ‘fifth-wheel combinaties’. Deze kampeertrailers hang je niet achter een auto (of pick-up truck), maar je legt hem er eigenlijk op. De koppelschotel ligt op de trekkende auto en onder het slaapgedeelte van de trailer zit een pin die draait in die schotel als een vijfde wiel. Als je even vergeet dat Wilbur zes wielen heeft (twee op de voorste as en vier op de achterste) dan is het best een goede naam…

Het is een weekenddag aan het eind van de middag als we aan de keukentafel die zoekterm ‘fifth wheel’ in Marktplaats intikken. Twee hits: één akelig Amerikaans klinisch ding zonder trekker staart ons kil aan en een heel erg leuk en charmant wit-blauw paleisje knipoogt guitig naar ons vanaf de Marktplaatsfoto. We klikken, bekijken de tientallen foto’s van de trailer en van de bijbehorende Iveco-trekker. Een licht gevoel van vertwijfelde verliefdheid dient zich aan. En dan wordt die ook nog eens vlak in de buurt verkocht! We herkennen we op de foto’s de Parkweg in Voorburg, hier een paar minuten fietsen vandaan. We besluiten te bellen! De verkoper heet Herbert en het klikt ook gelijk met hem. Hij heeft een diepe liefde voor het ding, maar moet verkopen, omdat zijn puberende kinderen nu een ander soort vakantie willen: rondtrekken door Costa Rica enzo. Daar kunnen we ons ook wel veel bij voorstellen, maar wij zijn nou juist in de fase dat we dat soort reizen met Thomas nog niet willen maken. De trekker is wel in de buurt, maar de trailer staat in een boerenschuur in Stolwijk. We spreken een bezichtiging af een paar weken later.

Als we weken later gaan kijken worden we bevestigd in onze verliefdheid en besluiten we dat we deze echt willen hebben. We moeten natuurlijk wel uit de prijs komen. Er is een vraagprijs en we zijn op zich ook bereid die te betalen, maar we vinden dat we wel een beetje moeten verdiepen in hoe je de prijs dan eigenlijk zou moeten bepalen. Het is een uniek ding, letterlijk: het is door de eerste eigenaar zelfstandig gebouwd en er is dus geen kopie. Daar komt bij dat de markt voor dit soort apparaten zo klein is dat er niet echt veel vergelijkingsmateriaal is. Gelukkig blijkt de plezierige Herbert hetzelfde probleem te hebben: hoe bepaal je de prijs nou? We spreken met hem af dat we op basis van het vertrouwen in hem en wat we in Stolwijk hebben gezien de trailer wel vertrouwen, maar dat we voor de trekker wel graag een aankoopkeuring willen laten doen. Dat is geen probleem en we maken een afspraak bij een bedrijfsauto-garage op een bedrijventerrein in de regio. Daar is het druk, dus er gaan weer een paar weken overheen, maar we hebben geen haast natuurlijk. Als de afspraak dichterbij komt laat Herbert via Whatsapp weten dat zich inmiddels een andere potentiële koper heeft gemeld die ook heel serieus is. Lichte paniek! In allerijl nemen we contact op om te verzekeren dat we toch wel echt serieus zijn en dat we ook echt heel goed voor zijn kindje zullen zorgen als de koop rond komt! Later begrijpen we dat dat wel werkt: de geplande bezichtiging heeft hij afgezegd. De aankoopkeuring levert overigens nog wel wat serieuze punten op die Herbert ook niet had geweten. Er is roest in een aantal dragende balken en eigenlijk moet de hele onderkant gezandstraald in een nieuwe coating. Ook moet de versnellingsbak eigenlijk vervangen. Samen met wat kleinere reparaties (zoals een ruitenwisserslangetje dat het niet doet) gaat dat echt wel geld kosten. Gelukkig heeft Herbert begrip en we delen de kosten van die reparaties: met een mooie, maar eerlijke korting op de prijs die we in ons hoofd hadden komen we tot een deal! We onderhandelen ondertussen ook de skottelbraai en andere praktische zaken die aan boord zijn voor een zacht prijsje erbij. Wilbur en Orville zijn van ons!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *